Buurtzorg neemt afscheid van zzp'ers in de zorg

Thuiszorgorganisatie Buurtzorg neemt afscheid van zzp'ers in de zorg. Zzp'ers werken niet in het belang van cliënten, maar van zichzelf, zo stelt Jos de Blok. Het is niet de eerste keer dat een zorgorganisatie die veelvuldig gebruik maakte van zzp'ers, de groep principieel de rug toekeert.

Buurtzorg: principes van goede zorg niet gediend met zzp'ers

De principes van goede zorg worden niet gediend als zzp'ers worden ingezet, zo stelt Jos de Blok van Buurtzorg in een item van EenVandaag. De wisselende gezichten van zzp'ers zijn belastend voor de cliënten van Buurtzorg. Zzp'ers zouden gaan voor zoveel mogelijk omzet. Ze maken misbruik van de krapte op de arbeidsmarkt, aldus de Blok. De groep pleegt vaker fraude, zzp'ers veroorzaken meer calamiteiten en maken meer fouten dan eigen medewerkers. De oprichter van Buurtzorg wil terug naar 0% zzp'ers en 100% vaste medewerkers. "Ik heb voorbeelden gezien van zzp’ers die er op uit zijn zo snel en veel mogelijk geld te verdienen. Dat is niet de juiste motivatie. We zien ook meer fraude, calamiteiten en fouten bij deze zzp’ers." Vanwege de slechte ervaringen van de afgelopen jaren met zzp’ers probeert Buurtzorg nu zoveel mogelijk via de eigen pool gaten in het rooster door ziekte en verzuim op te vullen, zo valt te lezen in Zorgvisie. Vorig jaar heeft Buurtzorg de salarissen voor eigen medewerkers verhoogd. Daarmee probeert de organisatie de arbeidsomstandigheden aantrekkelijk genoeg te maken om verloop en uitstroom te voorkomen. Dit gaat inmiddels gepaard met een principieel standpunt tegen de inzet van zzp'ers. Nadat Buurtzorg jarenlang gebruik heeft gemaakt van zzp'ers.

Ook Libertas wilde per se af van zzp'ers

Buurtzorg is niet het eerste voorbeeld van een zorgorganisatie die van het ene op het andere moment af wil van zzp'ers in de zorg. In oktober vorig jaar gaf Libertas Leiden aan dat zij in september dat jaar gestopt was met de inhuur van zzp'ers. Ook in dit geval was het aantal wisselende gezichten een belangrijk argument. In 2021 besteedde de organisatie 'maar liefst' 10% van haar personeelskosten aan Personeel Niet In Loondienst (PNIL). Daarmee werd de suggestie gewekt dat dit percentage hoog is, iets dat later dat jaar werd ontkracht. De inhuur van PNIL in de zorg ligt onder het landelijk gemiddelde in vergelijking met andere sectoren. Desalniettemin kreeg Libertas veel steun van collega bestuurders, die volgens Zorgvisie op onderzoek uit zijn hoe zij de inzet van zzp'ers kunnen beperken. Libertas nam zich voor om de besparingen op PNIL kosten deels terug te laten vloeien naar eigen medewerkers. 

Belasting familie en mantelzorgers neemt toe na afscheid zzp'ers

Het “radicaal vernieuwend personeelsbeleid” van Libertas kon niet op unanieme steun rekenen. Enkele maanden na september werd bekend wie de gevolgen van het radicale beleid van Libertas mede op mochten vangen. Familie en mantelzorgers zijn niet bepaald blij met de oproep van Libertas om meer te gaan doen, nu zzp'ers en uitzendkrachten niet meer ingezet worden. Het blijkt dat de arbeidsmarkt krapte bij Libertas niet zomaar opgelost is en meer op familie en mantelzorg neerkomt als gevolg daarvan. 

Verbetering werkgeverschap gaat gepaard met afkeer tegen zzp'ers

Het blijkt interessant te zijn voor bestuurders om zich publiekelijk af te zetten tegen de inzet van zzp'ers in de zorg, zodra er enigszins ruimte lijkt te zijn om afscheid te nemen. Van de ene op de andere dag blijken zzp'ers fraude te plegen, zijn zij onveilig werkende zorgmedewerkers en op geld beluste gebruikers van de arbeidsmarkt. Na jarenlang op de flexibiliteit van zzp'ers geleund te hebben, blijkt een plotseling principieel standpunt het vervolgens goed te doen in de media. Het valt op dat er geen reactie van zzp'ers zelf te lezen is bij dit type berichtgeving. Dat werkgevers trachten een beter werkgever te zijn voor hun eigen medewerkers is goed uitgangspunt. Dit is hard nodig. Waarom centraal moet staan dat Buurtzorg afscheid neemt van zzp'ers, in plaats van dat zij als werkgever voorop probeert te lopen blijft onduidelijk.